In plaats van een absoluut verbod, zijn er haalbare oplossingen die gezondheid en horeca kunnen verzoenen:
- Aangewezen rookzones per plein of straat met peukentegels of asbakpalen, beheerd door de stad.
- Uniforme signalisatie zodat klanten duidelijk weten waar ze wel en niet mogen roken.
- Gefaseerde invoering via proefzones, met evaluatie op overlast, omzet en klantentevredenheid.
- Ondersteuning voor kleine ondernemingen met communicatiekits en opleiding voor conflictpreventie.
- Heldere perimeterdefinitie zodat handhaving rechtvaardig en werkbaar blijft.
- Keuzevrijheid voor uitbaters: rookvrij, rookterras of gemengd.
Tot slot
Als ex-roker weet ik hoe zwaar stoppen kan zijn en hoe waardevol gezondheidswinst is. Maar ik weet ook hoe essentieel terrassen zijn voor de leefbaarheid van onze horeca en onze buurten. Met dit verbod schuift men de volledige verantwoordelijkheid door naar ondernemers en klanten, terwijl er haalbare alternatieven op tafel liggen.
Daarom roep ik minister Frank Vandenbroucke en de federale regering op om dit beleid te herzien. Kies niet voor een rigide verbod dat weerstand oproept, maar voor een aanpak die gezondheid én horeca kan verzoenen. Geef uitbaters de vrijheid om hun terrasbeleid zelf te bepalen en werk samen met steden (én ook de districten 😉 ) aan praktische oplossingen. Alleen zo creëren we draagvlak en maken we van gezondheid een gedeeld doel, in plaats van een bron van verdeeldheid.