Op scheepswerven voor houten schepen werd vanzelfsprekend vaak getimmerd gedurende de bouw of bij reparaties aan de schepen. De timmerlieden lieten daarbij wel eens spijkers uit hun handen vallen die prompt onder water verdwenen en een rustplaats vonden op de bodem. Aangezien deze kostbaar genoeg waren om te recupereren, werd bij laag water geprobeerd om spijkers, die voordien waren gevallen, terug te vinden. Kosten-batenanalyses zijn van alle tijden, beste lezer.

Een andere mogelijke oorsprong van dit spreekwoord is dat mensen een onschuldige smoes nodig hadden om gestrande schepen te doorzoeken, waarbij ze eigenlijk waardevolle lading wilden bemachtigen. Ze deden alsof ze spijkers gingen zoeken om daarmee zelf te gaan klussen. Met dit onbelangrijke smoesje leidde men de nieuwsgierige zoekers af van waar ze écht voor kwamen. Deze versie komt aardig in de buurt van de uitdrukking waarbij iemand bewust op details focust om niet in te hoeven gaan op het belangrijke.

Ook kapiteins werden soms in de zak gezet bij reparaties van hun vaartuigen. Daarbij waren schroeven kwalitatief beter dan spijkers. Als de kapitein dan wilde weten of men op de reparatiedokken toch geen spijkers had gebruikt, kon hij zijn schip laten droogleggen om de minieme verschillen tussen spijkers en schroeven met eigen ogen te aanschouwen. Wanneer hij dan spijkers vond, was een boze kapitein het gevolg.

Misschien vind je ooit wel spijkers op de bodem aan zee of in de dokken? Raap ze zeker op en misschien krijg je ooit de kans om een kapitein eens goed liggen te hebben.